Spring naar inhoud

PeterDijk

PETER DIJK, 1948.
opleiding ABK Minerva 1967/1972

Als schilder werd mijn hoofdthema mapping, werken met de structuur van wereldkaarten en de plattegrond van steden. In een wereld waarin alles langzaam op zijn kop stond, legde ik mijn focus op steden die min of meer aan het veranderen waren door conflicten, zoals Aleppo, Jeruzalem of Warschau. Ik gebruikte de structuur van deze steden om te zoeken naar aspecten van het verleden, de aard van de conflicten en de herinnering van wat verdwenen is.
Sinds kort combineer ik mapping met het portret, de aanwezige mens als de inspirerende persoon. Ik voel mij thuis in het schilderen en tekenen en dit verwerken in een installatie op locatie.
Graag werk ik dan samen met anderen. De meest recente samenwerking was het project: Het is grijs en het valt uit de hemel. Dat resulteerde in een boek met Nina van den Broek en een expositie met Minerva alumni in Galerie Noord. In 2018 werkte ik in kader van Feest van de Geest samen met een fotograaf en schrijver, wat resulteerde in de installatie Paviljoen Silo in de kerk van Zuidhorn.
Naast mijn docentschap heb ik mijn artistieke werk altijd verder uitgebouwd tot een autonome vorm van beeldende kunst en samenwerking vormt daarin een belangrijke impuls. Deze ontwikkeling is nog steeds gaande, waarbij ik ernaar streef om me te verjongen. Tekenen werkt daarbij als katalysator voor nieuwe vormen en ideeën.
Mijn werk gaat over inhoudelijke onderwerpen met betrekking tot de wereld waarin ik leef, waarbij ik me evenzeer interesseer voor het onderzoek daarnaar als voor de werking van het schilderij op de bezoeker. De onderzoeksthema’s put ik uit mijn wandelingen door de stad Groningen of tijdens mijn reizen naar elders. Belangrijk hierbij is voor mij ook steeds de vorm of de structuur van het onderwerp. Zo kan een opvallende heuvel in het landschap, een stadsplattegrond met een merkwaardige structuur, of een element in een (woon)omgeving de aanleiding zijn voor een serie werken. Meestal zijn dat onderwerpen die enige tijd in de publieke aandacht zijn geweest, maar die inmiddels hun actualiteit hebben verloren of waarvoor de belangstelling op de achtergrond is geraakt. Voor mij worden ze op dat moment extra interessant omdat ik deze gevonden structuren dan in kan zetten voor nieuwe vormen en betekenissen. Meestal houden de gekozen structuren mij dan ook langere tijd in hun ban.